Collectie Hans G. Kresse

Hans Georg Kresse (1921-1992) was een Nederlands striptekenaar en illustrator gespecialiseerd in realistische tekeningen. Kresse werd op 3 december 1921 geboren in Amsterdam als enige zoon van een Duitse Concertgebouwviolist en een Nederlandse moeder die werkzaam was als telefoniste. Hij tekende al van jongs af aan en debuteerde in 1938 in het padvinderstijdschrift De Verkenner met de strip Tarzan van de apen.

Gedurende de Tweede Wereldoorlog had Kresse nog de Duitse nationaliteit en werd opgeroepen voor de Wehrmacht, waarin hij kortstondig met tegenzin diende. In 1942 werd hij wegens geestelijke ongeschiktheid afgekeurd en werkte in de oorlogsjaren voor Tekenfilmstudio E. van Putten en de Studio's van Marten Toonder. Na de oorlog publiceerde Kresse van 1945 tot 1946 de strip Robby in dagblad Trouw.

In 1946 verscheen voor het eerst Eric de Noorman, de bekendste strip van Kresses hand in het Belgische dagblad Het Laatste Nieuws, het Nederlandse publiek kon deze strip in 1947 voor het eerst lezen in Tom Poes Weekblad. De strips van Eric de Noorman werden een groot succes en vele nieuwe uitgaven volgden die werden vertaald in het Engels, het Frans, het Spaans en het Portugees, de Scandinavische talen en het Fries. In 1964 kwam er na 66 verhalen een einde aan de Eric de Noorman-reeks.

In deze periode publiceerde Kresse meer dan alleen de Eric de Noorman strips. Toen zijn contract bij Toonder Studio’s in 1947 afliep ging hij verder als freelance tekenaar. Hij tekende onder meer van 1947 tot 1948 de mythologische strip Xander voor Tom Poes Weekblad, verschillende indianenstrips in de periode 1948 tot 1954 waaronder Matho Tonga voor Ons Vrije Nederland en het Belgische weekblad De Zweep en het kinderboek De Gouden Dolk.

Vanaf 1965 verzorgde Kresse in het stripblad Pep de serie Vidocq over de gelijknamige politiecommissaris in Napoleontisch Frankrijk. In 1972 begon hij voor uitgeverij Casterman aan een serie stripalbums over de Noord-Amerikaanse Indianen in 1982 verscheen hiervan het negende en laatste deel. Deze historische serie werd in twaalf talen vertaald. Kort voor zijn dood in 1992 was Kresse begonnen aan een serie over de Mongoolse legeraanvoerder Dzjengis Khan.

Kresse maakte niet alleen furore als striptekenaar maar ook als illustrator. Hij maakte illustraties voor verschillende weekbladen en ontwierp ook omslagen voor populaire jeugdboekenseries van uitgeverij Amsterdam Boek. Als waardering voor zijn werk als striptekenaar kreeg hij in 1976 de Stripschapprijs en in het jaar daarop de Franse stripprijs de 'Prix Alfred'. In 1990 werd de Kressekring in het leven geroepen met als doel om het werk van Kresse te conserveren en toegankelijk te maken. In 1997 werd deze hernoemd tot Stichting Hans G. Kresse.