Skip to main content

Collectie prenten van het Kunsthistorisch Instituut van de Universiteit van Amsterdam

 Collection
Identifier: UBA554

Scope and Contents

De collectie bestaat uit circa 3400 prenten, onder te verdelen in reproducties van kunstwerken – met name van westerse schilderkunst – en kunstenaarsportretten. Het gaat hier om prenten in diverse technieken, zoals gravure, ets, staalgravure en vroege lithografie, van vóór 1900. Veel van de prenten zijn afkomstig uit boeken. Het merendeel lijkt, gezien de stempel M., oorspronkelijk afkomstig te zijn uit de collectie van Mellaert.

Dates

  • ca. 1700-ca. 1900

Creator

Language of Materials

Nederlands, Duits, Frans en Engels

Conditions Governing Access

De collectie is toegankelijk voor onderzoek.

Conditions Governing Use

Bij raadpleging is het Reglement voor de gebruikers van de Bibliotheek van de Universiteit van Amsterdam van toepassing. Reproductie en reproductierechtvergoedingen conform de Tarieven en Diensten Universiteit van Amsterdam. Het materiaal wordt alleen ter inzage gegeven.

Biographical / Historical

Na de verheffing van het Athenaeum Illustre tot de Universiteit van Amsterdam in 1877 werd Allard Pierson (1831-1896) de eerste hoogleraar moderne talen en letterkunde, esthetiek en kunstgeschiedenis. In 1896 werd hij opgevolgd door Jan Six (1857-1926), voor het deel esthetiek en kunstgeschiedenis. Na zijn overlijden werd Ferrand Whaley Hudig (1883-1937) aangesteld als hoogleraar, met de leeropdracht Kunstgeschiedenis der Middeleeuwen en van de nieuwere tijd. Tot het instrumentarium van deze kunsthistorici hoorden reproducties van kunstwerken: aanvankelijk originele grafiek, maar later vooral veel fotografisch materiaal. Al voor zijn aanstelling aan de UvA, in 1921, hield Hudig in het Oudheidkundig Jaarboek een betoog over nut en noodzaak van centrale kunsthistorische reproductiecollectie voor Nederland, in navolging van initiatieven in andere Europese landen. Hij ging dan ook direct na zijn aanstelling over tot structurele aanschaf van reproducties. Hij kreeg hier ruimte voor toen in 1929 het instituut kon worden ondergebracht in het Museum Willet-Holthuysen. Belangrijke leverancier werd het Amsterdamse Lichtbeeldeninstituut. In 1929 kocht hij grote aantallen foto’s, en afdrukken van de aanwezige lichtbeelden. Daarnaast knipten medewerkers afbeeldingen uit veiling catalogi en kunsttijdschriften.

In 1933 werd de verzameling reproducties van de kunsthandelaar J.H.J. Mellaert aangekocht met steun van particulieren en het museum. De collectie bestond uit circa 150.000 reproducties, hoofdzakelijk platen afkomstig uit veilingcatalogi en foto’s van door Mellaert verhandelde kunstvoorwerpen. Deze reproducties zijn gestempeld met een "M". In 1935 werd het Museum voor Kunstnijverheid in Haarlem opgeheven. De bibliotheek en de platencollectie werden aan de stad Amsterdam overgedragen. De platen werden verdeeld over Museum Willet-Holthuysen (met name het deel kunstnijverheid) en de platenkamer van het Kunsthistorisch Instituut.

Hudig werd in 1937 opgevolgd door Iohan Quirijn van Regteren Altena (1899-1980). In 1940 kocht hij de collectie Beets aan en later de collectie Hingst.

In 1961-1962 verhuisde het Kunsthistorisch Instituut naar de Johannes Vermeerstraat 2. In 1961 werd Josua Bruyn (1923-2011) aangesteld als hoogleraar algemene kunstgeschiedenis. In 1969 volgde hij Van Regteren Altena op, met als leeropdracht kunstgeschiedenis, in het bijzonder van de nieuwere tijd. Er kwam steeds meer geld ter beschikking voor reproducties en er werd overgegaan tot grote fotobestellingen (onder andere van Adam Bartsch). In 1976 kwam de collectie van Vitale Bloch (1900-1975) binnen, met veel foto’s van Italiaanse zeventiende-eeuwse kunst. Vanwege ruimtegebrek werd de reproductieverzameling in 1977 verhuisd naar het Lambert ten Katehuis aan de Herengracht 330. Een jaar later werd de collectie Schilt uit Groningen verworven, in 1981 de collectie I.Q. van Regteren Altena (hoofdzakelijk fotoreproducties van tekeningen).

In 1984 verhuisde de reproductieverzameling opnieuw, nu naar het voormalig Historisch Seminarium aan de Herengracht 286, tussen 1989 en 1990 was de platenkamer gesloten. In 1990, na de renovatie van dat pand, werden zowel de opleiding als de bibliotheek en de diatheek overgebracht. In de periode 1992-2004 kwamen er nog enkele schenkingen binnen van H.G. Advokaat, waaronder veel recent uitgeknipt materiaal van schilderkunst.

De reproductieverzameling kreeg in de loop der tijd de naam van de ruimte waar hij geraadpleegd kon worden: "De Platenkamer".

In 1996 ging de instituutsbibliotheek op in de Letterenbibliotheek, die uitgegroeide tot Bibliotheek Geesteswetenschappen. Er moest kritisch naar ruimte worden gekeken en in 2005 werd besloten de reproductieverzameling niet verder uit te breiden.

In 2015 verhuisde het Kunsthistorisch Instituut opnieuw. Het instituut zelf vertrok naar het Binnengasthuisterrein, de bibliotheek werd ondergebracht in de Universiteitsbibliotheek aan het Singel. Voorafgaand aan de verhuizing werd besloten vrijwel de hele reproductiecollectie en een deel van de diatheek over te dragen aan de Rijskdienst voor Kunsthistorische Documentatie (Platenkamer), de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (diatheek bouwkunde) en het Rijksmuseum (historische fotografie technieken).

De collectie reproductiegrafiek en kunstenaarspottretten, evenals de kunsthistorische diatheek met grootbeeld glasdia's zijn opgenomen in de collectie van het Allard Pierson.

Extent

ca. 3400 items

Abstract in Dutch

Collectie van prenten van vóór 1900, bestaande uit reproducties van kunstwerken en uit kunstenaarsportretten, verzameld voor gebruik in het kunsthistorisch onderwijs aan de Universiteit van Amsterdam in de periode 1930-1960.

Abstract in English

Collection of prints, dating before 1900, consisting of reproductive prints of works of art and portraits of artists, collected for lessons in the history of art at the University of Amsterdam in 1920-1960.

Arrangement

De collectie is geordend in reproductiegrafiek en kunstenaarsportretten, vervolgens op kunstvorm, land, periode, formaat (groot of klein) en naam kunstenaar.

Physical Location

Allard Pierson, Universiteit van Amsterdam

Custodial History

De prenten maakten deel uit van de Platenkamer (reproductieverzameling) van het Kunsthistorisch Instituut van de Universiteit van Amsterdam (1877-heden).

Immediate Source of Acquisition

In 2015 werden de originele prenten uit de reproductiecollectie overgedragen aan de Bijzondere Collecties van de UvA (thans Allard Pierson).

Accruals

De collectie is integraal overgedragen.

Separated Materials

De platenkamer van het Kunsthistorische Instituut is in 2015 overgedragen aan de Rijksdienst voor Kunsthistorische Documentatie (RKD), uitgezonderd de oude prenten en het deel bouwkunst. De collectie Bartsch is meeverhuisd met het Kunsthistorisch Instituut.

De Nederlandse bouwkunst is overgedragen aan de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (RCE).

Een deel van de foto’s uit de buitenlandse bouwkunst (oude fototechnieken) is overgedragen aan het Rijksmuseum.

Bibliography

  • Esther Boeles, ‘De platenkamer van de Universiteit van Amsterdam’. In: RKD Bulletin 2014/2, p. 3-13
  • [Martien Versteeg], Geschiedenis Platenkamer (typoscript), z.d.
  • Martien Versteeg, ‘Van privé naar professioneel. De Bibliotheek Kunstgeschiedenis van de Universiteit van Amsterdam’, in: Kunstbibliotheken in Nederland : tien korte schetsen / red.: Roman Koot, Michiel Nijhoff, Saskia Scheltjens. Leiden 2007

Processing Information

In 2005 is een begin gemaakt met het uithalen van de originele grafiek uit de reproductiecollectie. Ruim 200 prenten werden ontsloten in de catalogus van de Universiteit van Amsterdam. Dit project stagneerde echter. In 2011 werd naar aanleiding van de verhuizing en de afstoting van de platenkamer besloten dit project te voltooien. Alle oude prenten werden uitgelicht, geordend, geïnventariseerd en op formaat in prentendozen geborgen en ontsloten met een inventaris.

Title
Beschrijving van de collectie prenten van het Kunsthistorisch Instituut van de Universiteit van Amsterdam (ca. 1700-ca. 1900)
Author
M. van Roon en E. Boeles
Date
2015
Description rules
International Standard for Archival Description - General
Language of description
Dutch; Flemish
Script of description
Latin
Language of description note
Nederlands

Repository Details

Part of the Allard Pierson Repository

Contact:
Oude Turfmarkt 127-129
Amsterdam 1012 GC Nederland