Collectie portretten van de Universiteit van Amsterdam
Scope and Contents
De collectie bestaat uit ca. 520 geschilderde en gebeeldhouwde portretten, hoofdzakelijk van hoogleraren van het Athenaeum Illustre en haar opvolger, de Universiteit van Amsterdam. Daarnaast zijn er portretten van wetenschappers uit de collectie van Gerardus van Papenbroeck en portretten van letterkundigen, verzamelaars, boekhandelaren en vertegenwoordigers van belangrijke bewegingen, zoals het Réveil, van wie de archieven zich bij de Bijzondere Collecties bevinden. De belangrijkste Nederlandse portrettisten zijn in deze collectie vertegenwoordigd.
Dates
- 1520-heden
- Majority of material found within 1877-1960
Creator
- Universiteit van Amsterdam (Organization)
Language of Materials
Niet van toepassing
Conditions Governing Access
Voor raadpleging is een bezoekers- of lenerspas van de Universiteitsbibliotheek Amsterdam vereist.
Conditions Governing Use
Bij raadpleging is het Reglement voor de gebruikers van de Bibliotheek van de Universiteit van Amsterdam van toepassing. Reproductie en reproductierechtvergoedingen conform de Tarieven en Diensten Universiteit van Amsterdam.
Biographical / Historical
In 1632 werd in Amsterdam een plaatselijke instelling voor hoger onderwijs opgericht, het zogenaamde Athenaeum Illustre. Het was geen universiteit – men kon er niet promoveren –, maar wel een goede vooropleiding. De studie werd vervolgens afgerond aan een universiteit. De eerste hoogleraren in Amsterdam, beide afkomstig van de Leidse universiteit, waren van hoog niveau: de hoogleraar in de geschiedenis Gerardus Johannes Vossius en de hoogleraar in de wijsbegeerte Caspar Barlaeus.
Amsterdam kende naast het Athenaeum verscheidene andere, meer praktijkgerichte opleidingen. In de eerste plaats was er het Collegium Chirurgicum, dat al vóór 1632 opleidingen verzorgde voor chirurgijns. Een van de beroemdste chirurgijns was ongetwijfeld Nicolaas Tulp. Daarnaast waren er enkele kerkelijke opleidingen – voor Remonstranten vanaf 1634 en voor Doopsgezinden vanaf 1681 – die hier onder andere gevestigd waren vanwege de grote geestelijke vrijheid in de stad. Studenten van deze instellingen volgden soms colleges aan het Athenaeum Illustre.
In de 17de en 18de eeuw leidde het Athenaeum een wisselvallig bestaan. In de 19de eeuw werd het belang van de instelling groter. In 1815 werd de taak van het Athenaeum Illustre wettelijk vastgelegd als "het ten minste gedeeltelijk vervangen van de hoogescholen en van het akademisch onderwijs ten behoeve van die jongelieden, welke door hunne omstandigheden verhinderd worden, den tijd, tot eene akademische loopbaan noodzakelijk, geheel aan eene der hoogescholen door te brengen". Daarnaast verzorgde het Athenaeum vanaf 1800 lessen ten behoeve van niet-universitaire beroepsopleidingen, in het bijzonder aan apothekers- en heelmeestersleerlingen. Nieuwe opleidingen waarmee werd samengewerkt, waren het in 1816 opgerichte Evangelisch-Luthers Seminarium en de Klinische School, die in 1828 de taak overnam van het in 1798 opgeheven Collegium Chirurgicum.
In 1877 werd het Athenaeum verheven tot de Universiteit van Amsterdam. Voor het eerst konden studenten in Amsterdam promoveren. Een tweede bloei zette in. Zeker op het gebied van de bètawetenschappen telde de Universiteit van Amsterdam vele grootheden onder haar gelederen, onder wie enkele Nobelprijswinnaars, zoals Jacobus Henricus van 't Hoff (1901), Pieter Zeeman (1902) en Johannes Diderik van der Waals (1910). Tobias Asser won de Nobelprijs voor de vrede (1911).
Dankzij haar gemeentelijke status kon de Universiteit van Amsterdam eerder dan de rijksuniversiteiten worden uitgebreid met een economische faculteit (1922) en een politiek-sociale faculteit (1947). Met ingang van 1961 nam de rijksoverheid de financiering van de gemeente over en werd het benoemingsrecht van de hoogleraren bij het College van Curatoren gelegd. De invloed van de gemeente bleef aanwezig tot 1971. Toen werd het benoemingsrecht overgenomen door het College van Bestuur, waarin de gemeente niet meer vertegenwoordigd was.
Extent
ca. 520 items
Abstract in Dutch
De collectie bestaat uit ca. 520 geschilderde en gebeeldhouwde portretten, hoofdzakelijk van hoogleraren van het Athenaeum Illustre en haar opvolger, de Universiteit van Amsterdam. Daarnaast zijn er portretten van wetenschappers uit de collectie van Gerardus van Papenbroeck en portretten van letterkundigen, verzamelaars, boekhandelaren en vertegenwoordigers van belangrijke bewegingen, zoals het Réveil, van wie de archieven zich bij de Bijzondere Collecties bevinden. De belangrijkste Nederlandse portrettisten zijn in deze collectie vertegenwoordigd.
Abstract in English
The collection contains approximately 520 painted portraits and busts, mostly of professors of the University of Amsterdam and of its predecessor, the Athenaeum Illustre. In addition, it contains portraits from the collection of Gerardus van Papenbroeck, portraits of writers, collectors, booksellers and of representatives of important movements, such as the Dutch religious movement Réveil, when these collections are contained in the archives of the Bijzondere Collecties. Several of the major Dutch portraitists are represented in this collection.
Physical Location
Allard Pierson, Universiteit van Amsterdam
Other Finding Aids
- Catalogus van de Universiteit van Amsterdam.
- De portret-galerij van de Universiteit van Amsterdam en haar stichter Gerard van Papenbroeck, 1643-1743. Amsterdam, 1964. en .
- Inventaris van de collectie Gerardus van Papenbroeck .
Custodial History
De collectie is bijeengebracht door het Athenaeum Illustre en haar opvolger, de Universiteit van Amsterdam. De geschiedenis van de afzonderlijk stukken voorafgaand aan de verwerving is – voor zover bekend – per item vastgelegd.
Immediate Source of Acquisition
De collectie is in de loop der tijd opgebouwd door middel van schenkingen, aankopen, bruiklenen en opdrachten aan kunstenaars. Informatie over de verwerving van de afzonderlijke stukken is per item vastgelegd.
Accruals
De collectie wordt incidenteel aangevuld.
Existence and Location of Copies
De collectie is deels gedigitaliseerd en raadpleegbaar via de Beeldbank van het Allard Pierson.
Bibliography
- De portret-galerij van de Universiteit van Amsterdam en haar stichter Gerard van Papenbroeck, 1643-1743. Amsterdam, 1964. en .
- E. Bergvelt, P.J. Knegtmans, A. Lahat. Kleurrijke professoren. 375 jaar portretkunst in de collectie van de Universiteit van Amsterdam. Amsterdam, 2007.
General
Bezichtiging van items kan online worden aangevraagd bij de collectiebeheerder.
Processing Information
De collectie is volledig ontsloten en gedigitaliseerd.
Vanaf 2007 wordt gewerkt aan de beschrijving van de verschillende deelverzamelingen waarin zich portretten bevinden. De volgende collecties zijn beschreven en afzonderlijk online beschikbaar:
- Collectie Gerardus van Papenbroeck (1520-1743)
- Bibliotheek van het Boekenvak (1579-heden)
- Amsterdam (stad)
- Athenaeum Illustre (Amsterdam, Netherlands)
- Busts
- College teachers
- Geleerden
- Hoogleraren
- Letterkundigen
- Literarians
- Netherlands -- Amsterdam
- Portraits
- Portraits, Group
- Schilderijen
- Scholars
- Universiteit van Amsterdam
- bustes
- easel paintings (paintings by form)
- groepsportretten
- portretten
- Title
- Beschrijving van de collectie portretten van de Universiteit van Amsterdam (1520-heden)
- Author
- Marike van Roon
- Date
- 2011
- Description rules
- International Standard for Archival Description - General
- Language of description
- Dutch; Flemish
- Script of description
- Latin
- Language of description note
- Nederlands
Repository Details
Part of the Allard Pierson Repository
Oude Turfmarkt 127-129
Amsterdam 1012 GC Nederland