Skip to main content

Collectie A. Pierson en P.H.E. Pierson-Gildemeester

 Collection
Identifier: UBA135

Scope and Contents

De collectie bevat persoonlijke documenten, dagboeken, reisverslagen, gedichten, preken en collegedictaten van Allard Pierson. De dagboeken betreffen de periode 1876-1889.

Van de brieven die Pauline Pierson-Gildemeester heeft ontvangen, zijn de meeste afkomstig van familieleden. Zeer talrijk zijn de brieven van haar moeder Jeanne Marie Gildemeester-Boissevain en van haar man Allard Pierson. Die laatste zijn interessant omdat Pierson daarin verslag doet van zijn reizen naar Italië, Griekenland en Turkije. Uit de brieven die Pierson haar in 1885 uit Griekenland en Turkije schreef, stelde Pauline Gildemeester een reisverslag samen. Behalve van familieleden ontving Pierson onder meer enige brieven van de anti-revolutionaire politicus Abraham Kuyper en van de Britse liberale politicus William Gladstone. In 1899 schreef Pauline Gildemeester Herinneringen uit het leven van Allard Pierson, van 1831, tot na den dood van zijn moeder, 1860, waarin ze een uitvoerige beschrijving van Piersons opvoeding in Réveilkringen gaf.

Van Allard Piersons dochter Lina Eudia Pierson bevat de collectie slechts een bescheiden collectie brieven van familieleden, waaronder een aantal van haar vader Allard.

De collectie bevat verder brieven aan Piersons collega en vriend Samuel Naber uit de periode tussen 1878 en 1895. Daarvan zijn er ruim 300 afkomstig van Allard Pierson.

Dates

  • 1762-1900
  • Majority of material found within 1845-1895

Creator

Language of Materials

Diverse talen, waaronder Nederlands, Frans, Duits, Latijn en Grieks

Conditions Governing Access

Voor raadpleging is een bezoekers- of lenerspas van de Universiteitsbibliotheek Amsterdam vereist.

Conditions Governing Use

Bij raadpleging is het Reglement voor de gebruikers van de Bibliotheek van de Universiteit van Amsterdam van toepassing. Reproductie en reproductierechtvergoedingen conform de Tarieven en Diensten Universiteit van Amsterdam.

Aangezien het materiaal op microfilm beschikbaar is, is voor raadpleging van originele documenten toestemming vereist van de collectiebeheerder. Indien toestemming verkregen is, wordt het materiaal alleen ter inzage gegeven.

Biographical / Historical

Allard Pierson werd in 1831 in Amsterdam geboren als zoon van de koopman Jan Lodewijk Gregory Pierson (1806-1873) en de schrijfster Ida Oyens (1808-1860), die aanhangers waren van het Réveil, een opwekkingsbeweging binnen het protestantisme. Pierson bezocht de Latijnse school. Op vijftienjarige leeftijd las hij in het geheim de tekst van de inaugurele rede die de vrijdenker C.W. Opzoomer in 1846 in Utrecht bij het aanvaarden van de leerstoel in de filosofie hield. Opzoomer stelde de filosofische vrijheid en onafhankelijkheid tegenover het openbaringsgeloof en was daarmee in Réveilkring taboe.

Pierson studeerde van 1849 tot 1853 theologie in Utrecht. In 1854 trouwde hij met Pauline Hermine Elisabeth Gildemeester (1831-1900), die hem zeven kinderen schonk. Pierson werd beroepen naar Leuven waar hij van 1854 tot 1857 predikant was. Over zijn verblijf in Leuven schreef hij Een pastorij in den vreemde, schetsen en herinneringen. Van 1857 tot 1865 was hij Waals predikant in Rotterdam. Hij behoorde tot de 'moderne richting' die zich ten doel stelde 'onze samenleving te brengen onder den invloed van het edelst humanisme'. In 1865 kwam Pierson tot de conclusie dat deze doelstelling niet verenigbaar was met het ambt van predikant en legde zijn ambt neer.

Pierson ging wonen in Rohrbach bij Heidelberg, waar hij werkte aan de Geschiedenis van het Roomsch-Katholicisme, tot op het concilie van Trente, dat tussen 1868 en 1872 in vier delen uitkwam. Hij hield veel lezingen in Heidelberg, werd in 1869 privaatdocent en in 1870 buitengewoon hoogleraar in de kerkgeschiedenis. Pierson bewonderde bepaalde aspecten van de Duitse cultuur; hij was een groot bewonderaar van Wagner, maar allengs kreeg hij genoeg van de Duitsers, over wie hij in een artikel voor een Nederlandse krant schreef : 'De vrouw is in hun ogen een meid of huishoudster. Zij vrijen met het geweer en liefkozen het kruppkanon.' Na de dood van zijn vader in 1873 keerde Pierson terug naar Nederland, waar hij zich van 1874 tot 1877 in Utrecht geheel en al aan het schrijven wijdde. Het belangrijkste werk uit die periode is Eene levensbeschouwing, waarin hij tot de conclusie kwam dat de bovennatuurlijke wereld onkenbaar is en beloofde dat het Onze Vader hem nooit meer over de lippen zou komen.

In 1877 werd Pierson aan de gemeentelijke Universiteit van Amsterdam benoemd tot hoogleraar in de Nieuwere Letterkunde, Aesthetiek en Kunstgeschiedenis. Hij gaf inderdaad college op al deze terreinen, de geschiedenis van de Griekse kunst, de esthetica als schoonheidsleer, de Italiaanse renaissance, Shakespeare, Petrarca, Dante en Vondel. Hij maakte zijn studenten deelgenoot van zijn ervaringen bij het reizen door Italië en Griekenland ('Ik ben natuurlijk voor mijn genoegen op reis gegaan, maar ook eenigszins voor het uwe.') Over het oude Griekenland schreef Pierson het boek Hellas, waarin hij in vijf hoofdstukken, het epos, de historiografie, het drama, de wijsbegeerte en de beeldende kunst behandelde.

Ook tijdens zijn hoogleraarschap bleef Pierson veel belangstelling voor theologie houden. Hij schreef drie delen over Calvijn en een studie over de Bergrede. Een bijzondere plaats in zijn werk nemen de artikelen in die Pierson tussen 1872 en1886 in het tijdschrift De Gids publiceerde en die later werden gebundeld onder de titel Oudere tijdgenoten. Hierin ging hij in discussie met de mannen van het Réveil die het geestelijk klimaat van zijn jeugd bepaalden. Hij roemde hun persoonlijke geestdrift, die hij vergeleek met die van Franciscus van Assisi, en de grote hartstocht waarmee zij in de aanval gingen. 'Gezegend zijn de grote ontevredenen' schreef hij in dit verband over Bilderdijk. Maar hij had bezwaar tegen hun weigering kennis te nemen van de argumenten van hun tegenstanders, de moderne theologen J.H. Scholten en C.W. Opzoomer. Van weemoed doortrokken is de passage in de bundel waar Pierson een vergadering van de mannen van het Réveil in het Wapen van Amsterdam beschrijft. In 1894 werd Pierson ernstig ziek en hij moest ontslag nemen als hoogleraar. Op 27 mei 1896 overleed hij op het landgoed De Velhorst bij Zutphen.

Piersons dochter Lina Eudia Pierson werd in 1859 in Rotterdam geboren en overleed in 1951 te Ede. Zij was getrouwd met de bankier Willem de Ridder (1854-1931). Zij hadden vijf kinderen.

Piersons vriend en collega Samuel Adrianus Naber werd in 1828 in Den Haag geboren. Hij studeerde letteren in Leiden, waar hij zich onder invloed van de graecus Carel Cobet in de tekstkritiek specialiseerde. In 1851 richtte hij samen met Eugen Mehler en Ernst Julius Kiehl het nog altijd bestaande tijdschrift Mnemosyne op. Na een carrière als leraar en rector in Haarlem, Batavia en Zwolle werd hij in 1871 aan het Athenaeum Illustre in Amsterdam tot hoogleraar in het Grieks en het Latijn benoemd. Hij raakte bevriend met Allard Pierson toen deze in 1877 zijn collega bij de Universiteit van Amsterdam werd. Samen publiceerden zij in 1886 Verisimilia, een tekstkritische studie van de Brieven van Paulus. Tussen 1888 en 1896 verscheen een door Naber bezorgde uitgave van de werken van Flavius Josephus. Naber was getrouwd met Anna Elizabeth L'Honoré. Zij hadden zes kinderen. Naber overleed in 1913 in Amsterdam.

Extent

2.8 meter

Abstract in Dutch

De collectie heeft betrekking op de predikant en kunsthistoricus Allard Pierson (1831-1896), zijn vrouw Pauline Gildemeester (1831-1900), hun dochter Lina Eudia Pierson (1859-1951) en Piersons vriend en collega Samuel Naber (1828-1913). In de collectie bevinden zich manuscripten van preken en colleges van Pierson en voorts correspondentie, met name van Pierson aan zijn vrouw. Pierson was in 1854 met Pauline Gildemeester getrouwd.

Abstract in English

The collection concerns the reverend and art historian Allard Pierson (1831-1896), his wife Pauline Gildemeester (1831-1900), their daughter Lina Eudia Pierson (1859-1951) and Pierson's friend and colleague Samuel Naber (1828-1913). The collection contains the manuscripts of the sermons and lectures held by Pierson and correspondence, in particular of Pierson to his wife. Pierson married Pauline Gildemeester in 1854.

Arrangement

Het gedeelte van de collectie dat overwegend betrekking heeft op de rol van Allard Pierson als predikant en geleerde is te vinden onder Nieuwe aanwinsten RA 04. Daarbinnen is het materiaal ingedeeld in persoonlijke documenten, poëzie, manuscripten van preken en colleges en gedrukt materiaal. Het archief van Piersons vriend en collega Samuel Naber, dat veel brieven van Pierson aan Naber bevat, is ook onder signatuur Nieuwe aanwinsten RA 04 te vinden. Het gedeelte dat overwegend betrekking heeft op Allard Pierson als privépersoon en op zijn vrouw Pauline Gildemeester is onder signatuur Nieuwe aanwinsten RA 18 opgenomen. Dit gedeelte bestaat louter uit brieven. Het gedeelte van de verzameling dat betrekking heeft op Lina Eudia Pierson onder Nieuwe aanwinsten RA 22 te vinden.

Aanwinsten van meer recente datum zijn te vinden in de deelcollectie Losse aanwinsten RA 01.

Physical Location

Allard Pierson, Universiteit van Amsterdam

Other Finding Aids

Catalogus van de Universiteit van Amsterdam.

Custodial History

Blijkens het jaarverslag van de Stichting Het Réveil-Archief over 1958-1961 schonk mevr. C. de Ridder-Pierson de verzameling A. en P.H.E. Pierson-Gildemeester aan de stichting. Al eerder schonk H.M. van Nes een door Allard Pierson in 1862 gehouden preek, zo blijkt uit het jaarverslag over 1935. In het jaarverslag over 1977-1981 is sprake van schenkingen van stukken betreffende Allard Pierson van mevr. J. de Graaf-Zijlstra, I. Huet-Pierson en C.E. Jaffé-Pierson.

Immediate Source of Acquisition

De collectie van de Stichting Het Réveil-Archief, waarvan de collectie A. en P.H.E. Pierson-Gildemeester deel uitmaakt, berust sinds 1931 als bruikleen in de Universiteitsbibliotheek Amsterdam.

Appraisal

De collectie bevat veel bronnenmateriaal voor de biografie van Allard Pierson en is van belang voor de bestudering van het geestelijke en culturele leven in de negentiende eeuw. De brieven van Allard Pierson aan zijn vrouw Pauline Gildemeester uit Italië, Griekenland en Turkije zijn voor kunsthistorici interessant. De herinneringen die Pauline Gildemeester over Allard Piersons jeugd schreef, geven een beeld van hoe het was om in Réveilkring op te groeien.

Accruals

Er worden geen aanvullingen op de collectie verwacht.

Existence and Location of Copies

De gehele collectie is verfilmd en raadpleegbaar vanaf microfilm.

Related Materials

De collectie maakt deel uit van het bruikleen van de Stichting Het Réveil-Archief .

Bibliography

  • Klaas van der Hoek. Allard Pierson in daguerreotypie. In: Allard Pierson Mededelingen, nr. 100 (2009), p. 32-33.
  • S.A. Naber. Allard Pierson herdacht. Met bibliografie van A. Pierson door A. Gildemeester. Haarlem, 1897.
  • K.H. Boersema. Allard Pierson. Eene cultuur-historische studie. 's-Gravenhage, 1924.
  • D.A. de Graaf. Het leven van Allard Pierson. Groningen, 1962.
  • Pierre H. Dubois. Over Allard Pierson. Den Haag, 1977.
  • Marcel Barnard. Een weemoedige tint. Agnosticisme en estheticisme bij Allard Pierson (1831-1896). Meppel, 1987.
  • Marcel Barnard. Allard Pierson (1831-1896). Schoonheid is de blos van 't Ware. In: Een brandpunt van geleerdheid in de hoofdstad. De Universiteit van Amsterdam rond 1900 in vijftien portretten. Hilversum, Amsterdam, 1992, p. 247-266.

General

Microfilms van de gehele collectie kunnen worden aangevraagd bij de balie van de Bijzondere Collecties. Vermeld dient te worden: Collectie A. Pierson en P.H.E. Pierson-Gildemeester.

Processing Information

De collectie valt onder het materiaal uit het Réveil-Archief dat in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw met fichecatalogi en plaatsingslijsten toegankelijk is gemaakt. In 2008 werden de beschrijving en de ordening van de collectie voorafgaand aan de microverfilming verbeterd en werd er een verfijning aangebracht in de toekenning van signaturen.

Een deel van de brieven aan Allard Pierson is op clusterniveau ontsloten in de Catalogus van de Universiteit van Amsterdam.

Title
Beschrijving van de collectie A. Pierson en P.H.E. Pierson-Gildemeester (1762-1900)
Author
E.J. Driessen
Date
2011
Description rules
Describing Archives: A Content Standard
Language of description
Dutch; Flemish
Script of description
Latin
Language of description note
Nederlands

Repository Details

Part of the Allard Pierson Repository

Contact:
Oude Turfmarkt 127-129
Amsterdam 1012 GC Nederland